De Amerikaanse beurswaakhond SEC blijft jagen op schuldigen uit de kredietcrisis. Nu gaat Daniel Mudd aangeklaagd worden, de voormalige baas van hypotheekinstelling Fannie Mae. Er zit een miniem Nederlands tintje aan de zaak.
Het waren eerst de kredietbeoordelaars, roekeloze hypotheekverstrekkers en zakenbanken plus topmannen die publiekelijk de verantwoordelijkheid voor de kredietcrisis kregen toegespeeld.
Maar in de Verenigde Staten gaat financiële waakhond SEC nu een stapje verder. Daniel Mudd, oud-topman van de min-of-meer overheidsinstelling Fannie Mae, mag waarschijnlijk binnenkort .
Informatie achter gehouden
De SEC verdenkt Mudd van het achterhouden van informatie over de risico's die Fannie Mae liep op haar gigantische portefeuille aan rommelkredieten, de zogenoemde subprime hypotheken.
Fannie Mae, officieel Federal National Mortgage Association, is één van de banken die het hardst geraakt werd door het inklappen van de zeepbel op de Amerikaanse huizenmarkt en de daarop volgende massale afwaardering van hypotheken.
De hypotheekverstrekker is feitelijk een private partij, maar heeft nauwe banden met de Amerikaanse overheid. Samen met hypotheekinstelling Freddie Mac kocht ‘Fannie' voor miljarden aan hypotheken op bij banken zodat die nieuwe leningen aan huizenbezitters konden slijten.
Dat leverde de hypotheekgiganten een dusdanige hoeveelheid rommel op de balans op dat de Amerikaanse overheid in 2008 met 150 miljard dollar over de brug moest komen om Fannie te redden. Een faillissement was geen optie dat had de hele financiële sector waarschijnlijk doen kapseizen.
Ontslag
De miljardeninjectie betekende einde oefening voor Mudd. Hij werd op staande voet ontslagen. Drie jaar later wordt hij opnieuw herinnerd aan de deconfiture onder zijn leiding. Mudd wordt achterhouden van informatie verweten.
Tot op zekere hoogte kleeft er de nodige ironie aan die aanklacht. Mudd kreeg in 2004 de leiding bij Fanny, toen de hypotheekgigant met een boekhoudschandaal en bijkomende miljardenverliezen te maken had. Mudd predikte openheid en om die ambitie kracht bij te zetten ging zijn eerste bezoek als topman naar de baas van de toezichthouder op Fannie Mae.
Nieuwe baan
Ondanks het drama bij Fannie wist Mudd weer snel een toppositie te bereiken. In augustus 2009 werd hij de grote baas van , een Amerikaanse private equityfonds.
Fortress is gespecialiseerd in het kopen van bedrijven waar banken vanaf willen. Zo kocht het stukken van AIG - ooit de grootste verzekeraar ter wereld, nu in onttakeling na 80 miljard overheidssteun tijdens de kredietcrisis.
Nederland tintje
Fortress Investments is ook, indirect, op de Nederlandse beurs aanwezig. Het is bestuurder van het in Amsterdam genoteerde beursfond . Dit vrijwel onzichtbare vastgoedfonds opereert vanuit Kanaaleiland Guernsey, heeft dus een notering in Amsterdam en richt zich vooral op commercieel Duits vastgoed.
Het beursfonds trok in 2005 naar de Amsterdamse beurs voor 19,80. Het aandeel steeg naar ruim 44 euro voordat het vol werd geraakt door de kredietcrisis en bijgaande depressie in het vastgoed. Toen Daniel Mudd de leiding nam bij Fortress was de koers van het kleine Nederlandse broertje al verschrompeld tot .
Maar in de Verenigde Staten gaat financiële waakhond SEC nu een stapje verder. Daniel Mudd, oud-topman van de min-of-meer overheidsinstelling Fannie Mae, mag waarschijnlijk binnenkort .
Informatie achter gehouden
De SEC verdenkt Mudd van het achterhouden van informatie over de risico's die Fannie Mae liep op haar gigantische portefeuille aan rommelkredieten, de zogenoemde subprime hypotheken.
Fannie Mae, officieel Federal National Mortgage Association, is één van de banken die het hardst geraakt werd door het inklappen van de zeepbel op de Amerikaanse huizenmarkt en de daarop volgende massale afwaardering van hypotheken.
De hypotheekverstrekker is feitelijk een private partij, maar heeft nauwe banden met de Amerikaanse overheid. Samen met hypotheekinstelling Freddie Mac kocht ‘Fannie' voor miljarden aan hypotheken op bij banken zodat die nieuwe leningen aan huizenbezitters konden slijten.
Dat leverde de hypotheekgiganten een dusdanige hoeveelheid rommel op de balans op dat de Amerikaanse overheid in 2008 met 150 miljard dollar over de brug moest komen om Fannie te redden. Een faillissement was geen optie dat had de hele financiële sector waarschijnlijk doen kapseizen.
Ontslag
De miljardeninjectie betekende einde oefening voor Mudd. Hij werd op staande voet ontslagen. Drie jaar later wordt hij opnieuw herinnerd aan de deconfiture onder zijn leiding. Mudd wordt achterhouden van informatie verweten.
Tot op zekere hoogte kleeft er de nodige ironie aan die aanklacht. Mudd kreeg in 2004 de leiding bij Fanny, toen de hypotheekgigant met een boekhoudschandaal en bijkomende miljardenverliezen te maken had. Mudd predikte openheid en om die ambitie kracht bij te zetten ging zijn eerste bezoek als topman naar de baas van de toezichthouder op Fannie Mae.
Nieuwe baan
Ondanks het drama bij Fannie wist Mudd weer snel een toppositie te bereiken. In augustus 2009 werd hij de grote baas van , een Amerikaanse private equityfonds.
Fortress is gespecialiseerd in het kopen van bedrijven waar banken vanaf willen. Zo kocht het stukken van AIG - ooit de grootste verzekeraar ter wereld, nu in onttakeling na 80 miljard overheidssteun tijdens de kredietcrisis.
Nederland tintje
Fortress Investments is ook, indirect, op de Nederlandse beurs aanwezig. Het is bestuurder van het in Amsterdam genoteerde beursfond . Dit vrijwel onzichtbare vastgoedfonds opereert vanuit Kanaaleiland Guernsey, heeft dus een notering in Amsterdam en richt zich vooral op commercieel Duits vastgoed.
Het beursfonds trok in 2005 naar de Amsterdamse beurs voor 19,80. Het aandeel steeg naar ruim 44 euro voordat het vol werd geraakt door de kredietcrisis en bijgaande depressie in het vastgoed. Toen Daniel Mudd de leiding nam bij Fortress was de koers van het kleine Nederlandse broertje al verschrompeld tot .